Als ik mijn eigen trilling wilde beïnvloeden dan moest ik op zoek naar de bron. De plaats in mijn lichaam waar de frequentie start. Was dat het hoofd, de buik, het hart? Algemeen wordt aangenomen dat het hart de centrale plaats is waar de trilling ontstaat. Het hart creëert de frequentie waarop het lichaam functioneert.
Gevoelens ontstaan door vibraties in het hart. Gevoelens zijn trilling, hebben een bepaalde frequentie, en worden via zenuwen verzonden naar de hersenen. Hier worden de trillingen vertaald in gedachten. De hersenen maken dus niet de gevoelens, zij labellen slechts de trilling op basis van imprint, gewoonte, conditionering etc. Het spreekwoord ‘de angst slaat me om het hart’ klopt dus ten dele. Het zijn de hersenen die er angst van maken. Met andere woorden, het hart maakt vibraties die de hersenen analyseren. De hersenen zorgen ook voor acties die in de meest oorspronkelijke vorm vaak te maken met onze drang tot overleven. Soms verdringen de hersenen gevoelens. Een mooi voorbeeld daarvan is ‘pijn’. Als we moeten vluchten voor gevaar kan het soms heel nuttig zijn pijn te verdringen. De hoofd-hart verbinding wordt losgelaten om ons in staat te stellen ons in veiligheid te brengen.
In de hoofdstukken ‘de leeuw achter een boom’ en ‘denk maar ergens anders aan’ heb ik hier al eens over geschreven.
We kunnen onze gevoelens reguleren dor het hart te openen of te sluiten. Onderzoek van dr. Walton heeft aangetoond dat Parkinsonpatiënten zich in meerdere of mindere mate goed kunnen afgesloten van het hart. En dat aspect herkende ik bij mijzelf. Ook ik heb kennelijk pijn, schrik of angst gevoeld die ik niet wilde voelen en dus had ik een deel van het hart afgesloten. Omdat ook in tijden van oorlog het ‘hoofdkwartier’ als laatste wordt ingenomen had ik me daarin –uit zelfbescherming- teruggetrokken. Selectieve dissociatie van gevoelens als overlevingsmechanisme. Dit vertrouwen op het brein alleen, zonder de inbreng van het hart, resulteert bij veel Parkinsonpatiënten in een sterk verminderd vermogen om te ruiken, proeven en tactiel voelen. Het creëert ook de veranderde perceptie van visuele en auditieve input.
Had ik dit allemaal zelf in de gaten? Was ik gevoelloos en voelde ik dat ook zo? Nee, zelfs mijn omgeving kon niet bevestigen dat ik gevoelloos was. De meesten vonden me juist erg gevoelig in het contact. Wat moest ik geloven?
Ik merkte dat er verschillende inzichten waren over het woord ‘gevoelig’. Veel mensen vertalen het als sociaal, loyaal, meevoelend, helpend en begrijpend. Woorden die kloppen met hoe ik mijzelf en hoe anderen mij kenden maar niet de essentie raakten van het ‘openen van je hart’.
Ik vervolg mijn reis naar heling met de boodschap: ‘Open je hart, en het zal beter met je gaan’.